Fruitvliegjes op het autisme-spectrum

Fruitvliegjes met specifieke genetische mutaties verliezen het vermogen om te wennen aan terugkerende prikkels. Dit blijkt ook zo te zijn bij mensen met een autisme-spectrumstoornis (ASS) en die een afwijking hebben in dezelfde genen. Nog niet eerder was de link tussen deze genafwijkingen en gewenning in autisme experimenteel aangetoond. Gewenning kan nu in diermodellen en bij mensen gebruikt worden om ASS beter te begrijpen, en de diagnostiek en behandeling ervan te verbeteren.
Fruitvliegjes op het autisme-spectrum


 

Gewenning als basaal leren

Het wennen aan terugkerende prikkels, ofwel habituatie, is een basale vorm van leren die bij mensen en veel dieren voorkomt. Gewenning helpt ons om onbelangrijke informatie te filteren en vormt een voorwaarde voor hogere cognitieve functies, zoals leren en onthouden. Het idee is dat beperkingen in deze gewenning ten grondslag liggen aan de symptomen van ASS en een aantal kenmerken hiervan kunnen verklaren. Experimenteel bewijs voor deze stelling is niet makkelijk te leveren, maar met behulp van de fruitvlieg is het gelukt.
 

100 genen nodig voor habituatie

Onderzoekers van het Radboudumc deden unieke experimenten met de fruitvlieg, Drosophila, die genetisch voor driekwart overeenkomt met de mens. Ze brachten bij 300 vliegengenen een mutatie aan die bij mensen specifiek is voor een verstandelijke beperking met of zonder ASS en beoordeelden het effect van deze mutatie op het vermogen tot habituatie. Op deze manier vonden ze meer dan 100 genen die nodig zijn voor habituatie. Opvallend is dat mensen met afwijkingen in deze genen vooral een verstandelijke beperking met ASS hebben.

Dit onderzoek levert voor het eerst het bewijs dat een gedragsafwijking bij fruitvliegen met zekerheid te vertalen is naar mensen met ASS. Dat is goed nieuws voor studies naar deze aandoeningen, want fruitvliegjesonderzoek is snel en efficiënt genoeg om veel nieuwe medicijnen te testen. Tegelijkertijd vormt habituatie de hoognodige en langverwachte nieuwe maat om het nut en effect van dergelijke behandelingen bij patiënten te kunnen bepalen.

Het onderzoek is gepubliceerd in Biological Psychiatry. 

Bron: Radboud UMc