Eerdere onderzoeken wezen op een verband tussen blootstelling aan antidepressiva en autisme bij kinderen. Dit was al het geval in het eerste trimester van de zwangerschap en het veroorzaakte flinke bezorgdheid omtrent antidepressivagebruik door zwangere vrouwen. Twee onafhankelijke onderzoeksteams vermoedden dat deze bevindingen incorrect waren, omdat de factoren die het risico op autisme verhogen niet individueel werden bekeken. Ze besloten daarom een meer gedetailleerde analyse uit te voeren op Canadese en Zweedse kinderen. Daar kwamen minder alarmerende resultaten uit voort.
Canadees onderzoek
Onderzoekster dr. Simone Vigod van het Women’s College Hospital en haar team onderzochten bijna 36.000 Canadese kinderen. Hiervan waren meer dan 2.800 blootgesteld aan antidepressiva in de baarmoeder. Slechts 2 procent van deze kinderen werd gediagnosticeerd met autisme. In deze analyse werden de moeders vergeleken op basis van 500 verschillende levens- en gezondheidsvariabelen. Een belangrijk onderdeel hiervan was antidepressivagebruik. De onderzoekers vergeleken daarnaast broers en zussen van de kinderen op antidepressivablootstelling. Ook werd antidepressivagebruik voor en tijdens de zwangerschap in overweging genomen.
Zweeds onderzoek
Het andere team verrichtte een soortgelijk onderzoek onder meer dan 1.5 miljoen Zweedse kinderen. Zij vergeleken echter ook het antidepressivagebruik van vaders. “Als dat werd geassocieerd met problemen bij het nageslacht, kon het niet door antidepressivablootstelling tijdens zwangerschap komen. Maar eerder door factoren die depressie en antidepressivagebruik bij één of beide ouders veroorzaken,” zegt onderzoeker Brian D’Onofrio, professor aan de Indiana University Bloomington.
Meer op mijngezondheidsgids.nl