Dat blijkt uit promotie-onderzoek van Janne Visser (kinder- en jeugdpsychiater bij Karakter) waarover DAIMH.nl bericht. De studies in dit proefschrift – Autism Spectrum Disorders in Early Childhood. Presentation, risk factors and trajectories – zijn gebaseerd op gegevens over kernsymptomen, cognitieve en gedragsmatige kenmerken en pre- en perinatale risicofactoren bij kinderen in de leeftijd van 1 tot 7 jaar.
Ongeveer 8 à 15% van de kinderen onder de 6 heeft een stoornis of een ernstig probleem, maar slechts een fractie daarvan komt in de zorg terecht, relatief veel minder dan oudere leeftijdsgroepen met dergelijke problemen of stoornissen. Kennelijk worden de problemen niet goed genoeg gezien. Meer inzicht in de psychopathologie is dan van belang om hen eerder en beter te helpen. De sterke heterogeniteit van ASS in termen van presentatie, beloop en (genetische) etiologie is in dit licht een grote uitdaging voor clinici en onderzoekers, zeker ook gezien de overlap met andere neurobiologische ontwikkelingsstoornissen.
Met de focus op de vroege ontwikkeling beoogt dit proefschrift het volgende te verduidelijken:
1) in hoeverre deze stoornissen onderscheiden kunnen worden van andere ontwikkelingsstoornissen, in het bijzonder ADHD;
2) of binnen ASS-subtypes differentiatie mogelijk is.